Eleven Brindleyplace

Glenn Howells’ nieuwe kantoorgebouw is het laatste puzzelstukje in een lange ontwikkelingssaga; Brindleyplace, een zeventien hectare grote locatie in hartje Birmingham, is omgetoverd van een verpauperd bedrijventerrein tot een fonkelnieuwe stadswijk. Dit success – dat uiteindelijk te danken is aan de projectontwikkelaars van Argent, de masterplannen van Terry Farrell en John Chatwin en de vastbeslotenheid van de gemeenteraad om de locatie weer in gebruik te nemen – kwam echter  niet zonder slag of stoot tot stand. In de 19e eeuw profiteerde Brindleyplace van de welvaart in Birmingham dat het karakter en de status van een industrieel machtcentrum had. Maar net als elders in Groot-Brittannië raakte de industrienijverheid in de 20e eeuw in het slop en rond de jaren ’80 waren de gebouwen op het terrein niet langer in gebruik. Er moest fors worden geïnvesteerd om het voormalige fabriekscomplex nieuw leven in te blazen. Drie ontwikkelaars durfden het aan, maar de eerste twee gingen failliet. Hoewel de economische malaise aan het begin van de jaren ’90 het er niet beter op maakte, wist projectontwikkelaar Argent die de locatie voor een habbekrats kocht, een heuse krachttoer op het gebied van stadsplanning te verrichten. Wat de projectlocatie ondanks de verscheidenheid aan stijlen en vormen tot één geheel maakt, is de doelstelling uit het masterplan om een voetgangersvriendelijke omgeving te creëren, evenals transparante passages op de begane grond die toegang geven tot de gebouwen. CABE, de Britse toezichthouder voor alles wat met stedenbouwkundig ontwerp te maken heeft, spreekt van een geslaagd bouwproject en prijst de sterke binding met de natuurlijke omgeving, de openbare plaatsen en de manier waarop in het masterplan rekening is gehouden met het kanaal, waarschijnlijk het meest karakteristieke landschapselement van Brindleyplace.

BEZIENSWAARDIGHEID

Het nieuwe gebouw van Glenn Howells verrees op een lastige locatie; min of meer driehoekig van vorm en verscholen achter een in architectural opzicht vrij onbeduidend hotelgebouw. Het moest voldoen aan ontwerprichtlijnen die een ‘bezienswaardige’ structuur vereisten. Veel van de gebouwen op de omringende herstructureringslocatie zijn voorzien van een baksteengevel en zijn allemaal even hoog – of beter gezegd even laag – maar het nieuwe kantorencomplex van Howells is een vreemde eend in de bijt. Het is slank en rijzig, met een glazen gevel waarin geanodiseerde kozijnen zijn aangebracht en het bestaat uit twee aparte vormen die bijeen worden gehouden door een glazen kern. Een gewelfd element volgt de straat naar het westen, en ‘trekt’ je de nieuwe locatie in, zoals projectarchitect Michael Cruise het beschrijft. Aan de oostkant bevindt zich een rechthoekige toren, die als een visueel herkenningspunt fungeert. De Reynaers-systemen die zijn gebruikt voor de gevels – een maatwerkoplossing gebaseerd op de vliesgevelsystemen CW 50 en CW 60 en CS 68- deuren uitgevoerd in bronskleurig geanodiseerd aluminium – maken deel uit van een speciaal ontwikkeld vliesgevelconcept dat werd getest in de Reynaers-faciliteiten in het Belgische Duffel. Vanaf het begin was de constructeur, Glamalco, nauw betrokken bij het ontwerp- en ontwikkelingsproces. De glazen gevel benadrukt de verticaliteit van het gebouw, wat een belangrijk vormgevingselement was voor Glenn Howells Architects die een stijlvolle blikvanger tot stand wilden brengen. Het systeem kan van binnenuit opnieuw worden beglaasd, waardoor het eenvoudig kan vervangen worden. Ten oosten, noorden en westen zijn de verdiepingen van het gebouw uitgerust met aluminium lamellen die het oppervlak extra diepte geven, maar ook zorgen voor schaduwvorming en zonwering.

DETAILLERING

Toen Brindleyplace nog in de kinderschoenen stond, verrezen de eerste kantoorpanden die qua vloeroppervlak nogal ruim bemeten waren. Het aanbod van dit soort bedrijfsruimten was dan ook vaak groter dan de vraag. Daarom is Eleven anders. De kantoorruimte is bestemd voor kleine en middelgrote ondernemingen en de hoop is dat ambachtelijke bedrijven hier hun intrek zullen nemen. De ontwikkelaars van Argent hebben hun  kantoren in Birmingham inmiddels verplaatst naar het nieuwe gebouw en voor de bar en het restaurant op de begane grond is reeds een exploitant gevonden. Ofschoon het gebouw een ronduit moderne aanblik biedt, hebben de architecten zoveel mogelijk rekening gehouden met de context via detaillering. De geanodiseerde kozijnen en lamellen voor de glazen gevels zijn niet alleen gepoedercoat maar hebben ook verschillende kleuren. Dit geeft ze een warme en natuurlijke uitstraling, zoals Cruise vol trots vertelt en het weerspiegelt in zekere zin de warmte van het metselwerk dat zo typerend is voor de Victoriaanse gebouwen van Brindleyplace. Mede dankzij de samenwerking met Reynaers is het gebouw een waardevolle aanwinst voor en een blikvanger in Brindleyplace geworden.